Kou rond Reesink nog niet uit de lucht

Al jaren hikte de gemeente tegen een miljoenenclaim van Reesink aan. Met grote spanning werd het vonnis van de rechter tegemoet gezien. De uitkomst viel gelukkig erg mee, maar de kou is nog niet uit de lucht.

De vestiging van het handelsbedrijf Reesink in Apeldoorn heeft veel voeten in de aarde gehad. De nieuwbouw op de Ecofactorij werd rond 2000 een aantal jaren vertraagd door de snel verslechterende verhoudingen tussen de onderneming en de gemeente. De relatie werd gekenmerkt door conflicten, rechtzaken en dwangsommen.
Uit een uitgebreid raadsonderzoek bijna vier jaar geleden onder leiding van ondergetekende bleek dat vooral de gemeente behoorlijk had gefaald. Dat leidde tot het aftreden van het toenmalige college.

Hoger beroep
Het nieuwe college probeerde de relatie te verbeteren, maar dat kon niet voorkomen dat Reesink de gemeente aansprakelijk stelde voor de sterk vertraagde verhuizing. Het bedrijf diende daarom bij de rechtbank in Zutphen een schadeclaim in van ruim veertig miljoen euro. Verreweg het grootste deel hiervan had te maken met gederfde omzetgroei en verlies van marktaandeel.
Volgens het college was dat bedrag echter veel te hoog. De belangrijkste reden was dat Reesink bij het samenstellen van zijn claim volgens de gemeente was uitgegaan van een verkeerd marktaandeel en van veel te optimistische groeicijfers.
Het bedrijf en de gemeente werden het niet eens en daarom moest de rechtbank uitspraak doen. Het vonnis op 26 augustus werd met grote spanning tegemoet gezien. De uitkomst was een enorme opluchting voor de gemeente. Weliswaar moest Apeldoorn bijna twee miljoen euro aan Reesink betalen, maar dat was in ieder geval veel minder dan de ruim veertig miljoen euro die het bedrijf had geëist. De rechtbank onder leiding van mr. D. Vergunst stelde dat Reesink het grootste deel van zijn claim onvoldoende had onderbouwd.
Dat de gemeente zich in het vonnis kon vinden, valt te begrijpen. Al is bijna twee miljoen euro nog altijd veel geld. De grote vraag is echter of het bij dit bedrag blijft. Reesink heeft namelijk aangekondigd in hoger beroep te gaan. Dan zal moeten blijken of de hogere rechter tot eenzelfde oordeel komt. Een nieuw vonnis zal echter nog wel een poos duren. Het blijft dus nog erg spannend.

Wrang
Hoewel de SGP-fractie positief is over het vonnis, blijft de hele gang van zaken wel wrang. Allereerst is het niet goed dat de gemeente en een bedrijf zo lang met elkaar in de clinch liggen. Daarnaast geldt dat het conflict de gemeente een fors bedrag heeft gekost. Als alle door de rechter toegewezen dwangsommen en schadeclaims van Reesink bij elkaar worden opgeteld dan heeft het bedrijf inmiddels al circa 5,5 miljoen euro van de gemeente gehad. Dat is ongeveer eenzelfde bedrag dat de onderneming voor de twaalf hectare grond op de Ecofactorij heeft betaald. Dus per saldo heeft Reesink zijn grondaankoop eruit.
Te hopen is dat de gemeente en het bedrijf snel op een constructieve manier gaan samenwerken. Het college heeft die intentie duidelijk uitgesproken. Hopelijk gaat Reesink hierin mee.

Henk van den Berge