6 juli 2015
Meer aandacht nodig voor bijstand en WW
Het aantal Apeldoorners met een bijstands- en WW-uitkering ging vorig jaar opnieuw omhoog. Belangrijk is dat zij worden geholpen met het zoeken naar werk.
Vorig jaar steeg in Apeldoorn het aantal mensen met een bijstandsuitkering met 6,1 procent naar 3500, terwijl er in soortgelijke andere gemeenten een toename was met 4,4 procent. Medio 2015 hebben in onze gemeente zo’n 3600 personen een dergelijke uitkering. De voornaamste reden voor de stijging is het na enige jaren wegvallen van andere uitkeringen zoals de WW en Ziektewet, zodat mensen uiteindelijk in de bijstand komen.
Apeldoorn gaf vorig jaar zo’n 40 miljoen euro aan de bijstand uit (gemiddeld ruim 11.000 euro per bijstandsgerechtigde). Een groot probleem is dat onze gemeente te maken heeft met een flink tekort. Het Rijk past een verdeelsleutel toe, maar die pakt voor Apeldoorn ongunstig uit. Dat komt onder andere omdat wij in vergelijking met veel andere gemeenten meer instellingen hebben voor verslaafden en psychiatrische patiënten die vaak een bijstandsuitkering hebben.
Hierdoor kampt onze gemeente dit jaar met een tekort van circa 2,4 miljoen euro. De komende jaren kan dat fors oplopen. Het college probeert via een lobby in Den Haag meer geld te krijgen. Dat is belangrijk.
De SGP heeft vorige maand in de politieke markt benadrukt dat het college en de raad tijdig moeten nadenken over maat-regelen, zodat er geen problemen ontstaan. Er moeten keuzes worden gemaakt om een goed sociaal beleid in stand te houden.
Belangrijk is ook dat wordt gecontroleerd dat er geen misbruik van de bijstand wordt gemaakt. Het is daarom goed dat er stevig wordt ingezet op fraudebestrijding. Vorig jaar is bijna 600.000 euro aan ten onrechte verstrekte bijstand opgespoord. Sommige mensen met een uitkering bleken bijvoorbeeld toch een inkomen te hebben, of stiekem samen te wonen met een partner met inkomen.
Werkervaring
Het aantal Apeldoorners met een WW-uitkering steeg in 2014 met 6,9 procent naar 4401. Het totaal aantal werkzoekenden –hiertoe behoort bijvoorbeeld ook een deel van de bijstandsgerechtigden– nam vorig jaar met 10,7 procent toe tot 7290. Dat is fors.
Bij het bieden van hulp aan werklozen staat participatie centraal. De nadruk ligt hierbij op het vinden van een baan. Ook de SGP vindt dat erg belangrijk, maar het vinden van werk is in deze tijd nog steeds niet gemakkelijk.
Daarom heeft de gemeente samen met verschillende instanties zoals de sociale werkvoorziening Felua programma’s opgezet om mensen een grotere kans te geven op de arbeidsmarkt. Het gaat daarbij om zaken als het leren schrijven van een sollicitatiebrief, het voeren van een sollicitatiegesprek en het opdoen van werkervaring. Een dergelijke aanpak heeft resultaat. Vorig jaar kwamen er op deze manier 657 mensen aan de slag.
Van personen met een uitkering wordt een tegenprestatie gevraagd. Dat houdt niet in dat zo iemand van alles en nog wat moet doen. De tegenprestatie moet zich vooral richten op vergroting van het arbeidsritme en het leren van vaardigheden om op die manier een grotere kans op een reguliere baan te krijgen.
We moeten echter realistisch zijn en erkennen dat het zeker voor sommige groepen zoals mensen met een beperking of mensen boven de 55 jaar vaak erg moeilijk is om een baan te vinden. Een reden te meer om in onze nabije omgeving te kijken of wij hen ergens mee kunnen helpen. Gelukkig zijn er ook andere mogelijkheden om zinvol bezig te zijn. Zo vragen vrijwilligerswerk en mantelzorg steeds meer te aandacht in onze jachtige samenleving.
Henk van den Berge
fractievoorzitter
Apeldoorn zet voor minima sociaal vangnet op
Door de bezuinigingen staat het minimabeleid onder druk. De SGP vindt dat Apeldoorn een sociale gemeente moet blijven.
Speciaal voor mensen met een laag inkomen (100 tot 120 procent van het bijstandsniveau) is er een sociaal vangnet opgezet om hen zo nodig een steuntje in de rug te geven. De SGP heeft hier vanuit het oogpunt van naastenliefde voor de kwetsbaren krachtig voor gepleit. De nadruk ligt vooral op langdurig zieken, gehandicapten en kinderen uit armere gezinnen.
Voor het sociaal vangnet heeft Apeldoorn 7,3 miljoen euro uitgetrokken. Dat is inclusief het bedrag van 750.000 euro dat dat staatssecretaris Klijnsma van Sociale Zaken extra ter beschikking had gesteld.
In eerste instantie wilde het college en een raadsmeerderheid dat geld niet reserveren voor het minimabeleid. Samen met enkele andere fracties was de SGP daar wel voorstander van, omdat dit geld door Klijnsma echt was bedoeld voor de minima. Nu blijkt het geld gelukkig toch deze bestemming te krijgen. Bij het minimabeleid kunnen mensen een beroep doen op verschillende steunmaatregelen. Zo is er een financieel aantrekkelijke collectieve aanvullende zorgverzekering waar bijna 4000 mensen bij zijn aangesloten.
Verder hebben er vorig jaar ruim 11.000 mensen gebruikgemaakt van de strippenkaart van Regelrecht, waarbij iemand korting kan krijgen bij bijvoorbeeld zwembaden, verenigingen of op het abonnementsgeld van de Stentor of het Reformatorisch Dagblad. De strippenkaart heeft afhankelijk van het inkomen een waarde van 46 of 69 euro. Bovendien is er een Kidskaart om kinderen uit gezinnen met lage inkomens een extraatje te geven (afhankelijk van het inkomen 50 of 75 euro per kind). Ook de onafhankelijke Stichting Leergeld doet op dit vlak goed werk.
De SGP hecht aan een goed minimabeleid. Door alle Rijksbezuinigingen op het sociaal beleid kan dat extra moeilijk worden.
Het bieden van hulp is echter niet alleen een taak van de overheid, maar voor heel de samenleving. Een goed voorbeeld is de Voedselbank die in Apeldoorn wekelijks tussen de 250 en 300 pakketten verstrekt aan arme huishoudens. Laat voor christenen en kerken het Bijbelse gebod van naastenliefde een belangrijk richtsnoer zijn om ook goed te kijken wie er ondersteuning nodig heeft.