10 december 2015

SGP trekt zich lot vluchteling aan

Ongeveer 480 vluchtelingen zitten in de noodopvang in Apeldoorn. Uit Syrië, Koerdistan, Eritrea, Afghanistan. De SGP trekt zich het lot van de vluchteling aan. ,,Om een beker koud water aan te reiken.”

Koffie en cake staan klaar in de lerarenkamer van de Jacobus Fruytierscholen-gemeenschap. Yasir, Mohamed, Abdul, Yohannes, Khalil, Hanna, Hussein, Moses, Yasir, George, Basel, Shokurall, Zakiri en Monir schuiven op uitnodiging van de SGP-fractie in Apeldoorn aan tafel. Henk Visscher, contactpersoon van de plaatselijke gereformeerde gemeente, vergezelt hen. Mevrouw Znoed vertaalt. 

,,Wij willen graag weten wat er leeft onder de vluchtelingen en hoe het in de noodopvang gaat”, zegt SGP-fractievoorzitter Henk van den Berge. ,,Mogelijk kunnen wij iets voor jullie betekenen.”

De fractievoorzitter opent de avond met een stukje uit Mattheüs 25. Yohannes leest het Bijbelgedeelte voor in het Eritrees, Zakiri in het Arabisch. Verschillende talen, dezelfde Boodschap.

Oversteek
Eén voor één stellen de vluchtelingen zich voor. Basel was gemeenteambtenaar in Syrië, George volgde een opleiding voor leerkracht op de basisschool. Hussein werkte bij een bank in Aleppo, Moses deed de landbouwuniversiteit in Syrië. 

Gemakkelijk zijn vlucht en verblijf niet. Mevr. Znoed vat hun gevoelens samen. ,,De getrouwde mannen denken doorlopend aan hun vrouw en kinderen. Vaak zitten deze nog in vluchtelingenkampen in bijvoorbeeld Turkije. Ongetrouwden denken aan hun ouders, hun broers en zussen.”

Abdullah vertrok 3,5 jaar met zijn vrouw en kinderen uit Syrië voor het oorlogsgeweld. Eerst zochten zij een goed heenkomen in Libanon, maar op zoek naar veiligheid besluiten de Syrische vluchtelingen via Turkije met een boot de oversteek naar Griekenland te maken.

De vluchtelingen hebben ingrijpende dingen meegemaakt. ,,Indrukwekkend om te horen”, aldus Van den Berge. Hij wijst op het voorrecht dat wij hier in vrede kunnen leven. ,,Wij willen als christenen graag anderen helpen. De Bijbel noemt dat het aanreiken van een beker koud water.”

Slopend
Onzekerheid houdt de vluchtelingen in hun greep. ,,Eerst zou het twee, drie weken duren voordat wij zouden worden toegelaten tot de asielzoekersprocedure”, legt Khalili uit. Moses vult aan: ,,Nu blijkt dat het wel zes maanden kan zijn. Hierdoor duurt het nog langer voordat onze gezinnen kunnen overkomen.” Khalili: ,,De onzekerheid is slopend.”

Van den Berge informeert naar de leefomstandigheden in de noodopvang. De vluchtelingen tonen zich redelijk tevreden. 
Er zijn al goede contacten met plaatselijke kerken. ,,Wij zijn verbaasd over de vriendelijkheid van de mensen in Apeldoorn”, zegt Mohamed. Hij wijst naar Henk Visscher. ,,Die glimlacht altijd.” Een applaus volgt.

Een probleem is de grote verveling. Drie vluchtelingen doen vrijwilligerswerk bij de Julianatoren, twee anderen harken bladeren voor de gemeente, maar velen hebben weinig om handen en dat leidt tot spanningen.

Ook geldgebrek zorgt voor problemen. Het enige contact van de vluchtelingen met hun vrouw en kinderen of andere familie verloopt via een mobieltje. Telefoonkaarten zijn duur en sommigen hebben nauwelijks geld meer. Er wordt al gestolen, zo geven zij aan.

De vluchtelingen willen graag de handen uit de mouwen steken. ,,Als we iets geld verdienen, kunnen we bijvoorbeeld telefoneren.” De SGP-fractie belooft de kwesties bij het college te zullen aankaarten. Khalil knikt dankbaar.

Halliloeja
Vluchtelingen en fractiegenoten besluiten de avond. Maar eerst zetten ze samen het lied ”Zoek eerst het koninkrijk van God” in. Meertalig, in het Nederland en het Arabisch. Het refrein is bijna hetzelfde: ,,Halliloeja, halliloeja.”

Gerard ten Voorde
redacteur